Andrea Radai

We zitten tegenover elkaar in haar atelier in Amsterdam als ze plotseling zegt: “Soms word ik gek van mezelf. Zoveel ideëen. Zoveel beelden die me raken, die ik wil schilderen. Op groot formaat, of in het klein. Op doek, op de muur of op papier. Ik heb kasten vol beeldmateriaal en het wordt alleen maar meer.” En terwijl ik om me heen kijk naar de vele foto’s en schilderijen begrijp ik wat Andrea Radai, de schilder die ik vandaag bezoek, bedoelt.

Een uitspraak van de Rotterdamse dichter Vaandrager flitst door mijn hoofd: ‘Als je ergens last van hebt, moet je zorgen dat je er gemak van krijgt.’ En dat beaamt ze. Radai: “Inderdaad, beter te veel inspiratie dan te weinig, al blijft het frustrerend dat mijn oeuvre zo moeilijk te duiden is door de veelzijdigheid van onderwerpen.” We zijn het erover eens dat als je de diepte in wil, je keuzes moet maken. Maar welke? Ze wordt nu eenmaal aangetrokken tot wat er zich in de wereld afspeelt en de daarbij behorende twijfels en onzekerheden. Zo filosoferen we verder, al hoeven we gelukkig geen oplossing te vinden. Er is namelijk geen probleem. Sommige kunstenaars zijn nu eenmaal veelvraten, qua onderwerp dan. En Andrea Radai is er (gelukkig) één van. Of het nu een reeks bodybags of bewakingsbeelden (CCTV), een familiediner, een borst, een torso of een demonstrerende menigte is, Radai weet elk willekeurig beeld, uit de realiteit of de media, te vertalen naar een vel papier, een doek of een muur. Ze schildert wat ze ziet met een zekere afstand, waardoor er emotie ontstaat tussen het originele beeld en het geschilderde. Het gaat haar namelijk niet om de technische perfectie, maar om de emotie die het beeld bij haar oproept en die ze wil uitdrukken.

Radai: “Ik heb het gevoel dat ik ‘koorddans’ tussen de realiteit enerzijds en mijn interpretatie ervan anderzijds. Twerijl ik schilder neem ik langzaam afstand van het oorspronkelijke beeld en ontstaat er langzaam een schilderij. Ik ben tevreden als het resultaat het juiste midden houdt tussen het oorspronkelijke beeld enerzijds en het gevoel dat ik erin wil leggen. Daarom voeg ik de ene keer wat toe en laat ik de andere keer juist iets weg.” Voor Radai heeft inspiratie alles te maken met dat ene moment van geraakt-zijn, van empathie met wat er zich in de wereld afspeelt: van eenvoudige huiselijke situaties, tot oorlogen. Niet het individu in het bijzonder maar de mens in het algemeen – in al zijn kwetsbaarheid en tegenstrijdigheid - is wat haar fascineert. Radai: “Als ik een meisje in een slipje schilder, dan ben ik tegelijk de gluurder en het meisje zoals ze uitgeleverd wordt. Ik kan me met beiden identificeren. In het schilderij wil ik die dubbelrol uitbeelden.”

Zo portretteert Radai de wereld om haar heen in al zijn facetten, precies zoals de media waaruit ze haar beelden haalt. Alleen met dát verschil dat daar waar de realiteit eindigt Radai’s kunst begint.